Een nieuwe, frisse kijk op slakken en schelpen uit het Krijt van Luik-Limburg
Het zou eens tijd worden ….

Al sinds de begindagen van het systematisch verzamelen van Krijtfossielen in de wijdere omgeving van Maastricht zijn ze een geliefde buit – slakken en tweekleppige weekdieren. In elke verzameling zijn ze te vinden, hoewel heel vaak ondervertegenwoordigd. Daarom knaagt het, zowel bij professionals als bij amateurverzamelaars. Daar komt nog bij dat er relatief weinig geschreven is over dit soort fossielen en de meeste literatuur (tekst en afbeeldingen) die voorhanden is, blijkt behoorlijk gedateerd. De gebezigde namen zijn al lang achterhaald en vaak is ook de verspreiding van de soorten binnen het Krijtprofiel slecht gedocumenteerd.

Daar komt – als het aan ons ligt – nu verandering in. Marijn Roosen (foto), in 2020 afgestudeerd aan de HAS (Den Bosch) in de Toegepaste Biologie en als vrijwilliger verbonden aan het Natuurhistorisch in Rotterdam, en ondergetekende hebben de laatste jaren veel Krijtslakken en tweekleppige schelpen verzameld. Met name in de ENCI, en heel gericht uit bepaalde lagen van het profiel. We hebben nu het plan opgevat per groep te werk te gaan – zowel bij de slakken (met de gewaardeerde hulp van Paul van Knippenberg, amateur-paleontoloog uit Kessel), als bij de schelpen. Daarbij wordt, waar dit mogelijk is, uitgegaan van de type-exemplaren die al sinds de vroege negentiende eeuw beschreven zijn.

We zijn ervan overtuigd dat er veel nieuws te melden valt. Dat kunnen soorten zijn die al van elders in Europa, maar ook in Noord-Amerika, beschreven zijn en nu in Maastricht en omgeving herkend zijn, maar ook voor de wetenschap nieuwe soorten. Een recent voorbeeld daarvan zijn de ‘driehoekschelpen’ of Trigoniida. Eén nieuwe vorm is naar onze honorair conservator, dr. Eric Wolfgang Amadeus Mulder, vernoemd, Wolfgangella neilpearti, terwijl een ander de Maastrichtse ‘stehgeiger’, André Rieu, eert – Anniedhondtella rieui.

Om het onderzoek aan het door hem verzamelde materiaal makkelijker te maken, heeft Marijn begin maart 2023 zijn collectie aan het Natuurhistorisch Museum Maastricht (NHMM) overgedragen. Zijn eigen nummering van de fossielen blijft gehandhaafd – er komt alleen lettercode bij: NHMM MR [nummer]. Uiteraard staan de letters MR voor Marijn Roosen.

Op gezette tijden zullen we berichten over de voortgang van dit langjarige project. Voor nu bedanken we Marijn voor het in het museum gestelde vertrouwen.

John W.M. Jagt, conservator paleontologie NHMM

Foto: Marijn Roosen bij de laden met zijn fossielen in het NHMM (foto: J.W.M. Jagt)