Maastricht, geologisch gezien, steviger op de kaart gezet!

 

Geologen van de Vrije Universiteit Brussel en KU Leuven hebben in samenwerking met het Natuurhistorisch Museum Maastricht en Natuurmonumenten de miljoenen jaren oude gesteenten in de steengroeves bij Maastricht in kaart gebracht. De onderzoekers konden aan de hand van moderne technieken veel preciezer bepalen hoe oud de kalkgesteenten zijn, van 72,1 tot 66,0 miljoen jaar oud. Dit komt overeen met het laatste tijdperk van de dinosauriërs, een tijd toen onze streek een levendige onderwaterwereld was.

De kalkstenen (‘mergels’) van Maastricht en omgeving en hun fossielinhoud hebben al sinds het eind van de 18de eeuw tot de verbeelding gesproken. Vooral de zeeschildpadden, mosasauriërs, zee-egels, schelpen, slakken en koralen die blokbrekers uit de onderaardse gangenstelsels van de Sint-Pietersberg tevoorschijn toverden trokken de aandacht van wetenschappers. Zij waren het er gauw over eens: deze dieren moesten in een vrij ondiepe, subtropische zee hebben geleefd. Dat maakte ook dat de omgeving van Maastricht een vreemde eend in de bijt was, want de kalkstenen elders in Europa (Engeland, Denemarken, Duitsland) leverden veel minder soorten die daarnaast ook nog eens in dieper en kouder water hadden geleefd. Alleen de resten van actieve zwemmers, zoals haaien, grote vissen, inktvissen en mosasauriërs, waren op alle plekken gelijk, of heel nauwverwant.

Er is veel verzameld in het Maastrichtse, de afgelopen 250 jaar. Maar waar het nog altijd aan ontbrak was een goede, betrouwbare datering van al die vondsten. Die datering hebben we nu! Door onderzoek van stabiele koolstofisotopen kunnen we nu grove indelingen van de kalkstenen op basis van hun fossielinhoud (de zogenaamde biostratigrafie) veel beter plaatsen in de tijd – in miljoenen en honderd duizenden jaren, wel te verstaan!

Koolstofisotopen (C, voor carbon, of koolstof) zijn van groot belang voor ons begrip van de verbanden tussen oceanen, de atmosfeer, de biosfeer en de geosfeer op aarde. De verhouding tussen de zwaardere 13C en de lichtere 12C isotoop in de oceaan, maar ook in gesteentes die in zeeën zijn afgezet, wordt genoteerd als delta 13C. Die verhouding wisselde nogal door de geologische tijd en is daarom een prima middel om veranderingen in de atmosfeer op aarde, ook in het verre verleden, op te sporen.

Voor plekken in Denemarken en Italië bestond al een koolstofisotopenprofiel, maar voor het gebied rond Maastricht nog niet. Dat hebben we nu dus wel en dat maakt dat we nu veel beter de kalkstenen van onze omgeving kunnen koppelen met die elders in de wereld. Bijkomend voordeel is dat we onze fossielen nu ook nauwkeuriger kunnen dateren en er ‘harde getallen’ aan kunnen koppelen.

Persbericht Geologische vondsten gesteenten groeve Maastricht

 

Een deel van het team van geologen van de Vrije Universiteit Brussel en KU Leuven na het bemonsteren van de voormalige ENCI groeve nabij Maastricht (foto: Pim Kaskes).

Drone overzicht van de westkant van de voormalige ENCI groeve in de Sint-Pieters Berg (foto: Pim Kaskes).

Geologen van de Vrije Universiteit Brussel en KU Leuven in actie in de voormalige ENCI-groeve (foto: Pim Kaskes).

Reconstructie van de Maastrichtse subtropische zee boordevol leven met onder meer mosasauriërs en zeeschildpadden (credits: Erik Jan Bosch, Naturalis Biodiversity Center, Leiden).

Dronebeelden van de geologische campagne in de voormalige ENCI groeve nabij Maastricht (beelden: Pim Kaskes).

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.